Dinsdag 17 januari.

Omstreeks 9.15 uur vertrokken naar het Reina Sofia museum. Daar
aangekomen bleek dat het op dinsdag is gesloten.
We zijn daarna wandelend, in een bijna zomers zonnetje, via de Paseo
del Prado naar het Thyssen-Bornemisza museum gegaan.
De collectie, een van de belangrijkste van de wereld, is in beginsel
verzameld door de vrouw Carmen van de rijke industrieel baron
Thyssen-Bornemisza en was bestemd voor hun villa in Zwitserland. In
1993 kocht de Spaanse staat de collectie voor een schijntje van 350
millioen euro. De werkelijke waarde wordt geschat op 1 miljard euro.

De collectie, waarin de Hollandse school met tientallen schilderijen
is vertegenwoordigd, vormt een uitstekende aanvulling op die van het
Prado. Zelf spreekt de totale collectie mij zelfs meer aan als die in
het Prado. De verscheidenheid is zeer groot en dat maakt dat een
bezoek aan het museum zeker moet worden gemaakt als Madrid wordt
aangedaan.

Na het museumbezoek zijn we nog een paar uren door het centrum gaan
dwalen. Het stadscentrum is rijkelijk bedeeld met prachtige
monumentale gebouwen. Veel zijn voorzien van prachtige versieringen in
de vorm van beelden en gevelornamenten.

Met de metro en de bus zijn we daarna weer afgereisd naar ons hotel.
We hebben er nog genoten van een verlate siësta.

Anneke heeft al een paar dagen last van hoesten en benauwdheid. Ze
heeft gelukkig medicijnen bij zich. Helaas lijkt het er op dat ze mij
ook een beetje gaat aansteken.

We gaan weer wat eten in het restaurant van het hotel.